Introductie
Is letterkundige begaafdheid genetisch bepaald of is ze op zijn minst besmettelijk? In dit nummer familiale beschouwingen over onder anderen de vele Tolstojs en Tolstaja's, de familie Mann, de Alberdingk Thijms, de Powy's, de gebroeders Bai, de Meijsings en Gert en Michael Hofmann.
Inhoud (klik op artikel voor een preview)Ilja Leonard Pfeijffer
Apotropaeisch.
SchrijversfamiliesWillem G. Weststeijn
Schrijversfamilies.
Willem G. Weststeijn
De Tolstojs.
Jaap Goedgebuure
Doeschka en Geerten Meijsing. Het nut van een klassieke opvoeding.
Jacqueline Bel
Catharina Alberdingk Thijm en Lodewijk van Deyssel. In de naam van hun vader.
Ton Naaijkens
De vadergedichten van Michael Hofmann.
Michael Hoffman
Drie gedichten; vertaling Anneke Brassinga.
Désirée Schyns
Elisabeth Gille en Irène Némirovski. Een steentje van de ballast.
Wilt Idema
Bai Juyi en Bai Xingjian. Broederlijk schrijven.
Michel Hockx
Lu Xun en Zhou Zuoren. 'Atque in perpetuum, frater, ave atque vale.' Over een beroemde broedertwist uit de moderne Chinese literatuur.
Willem G. Weststeijn
De gebroeders Powys.
COLUMN Arjen Duinkers
Poëzie.
POËZIE Ton Naaijkens
Over Oleschinski's zoemende forsythia's.
Brigitte Oleschinski
Veertien gedichten en een prozatekst; vertaling Ton Naaijkens.
PROZA Fred Deux
La Gana; inleiding en vertaling Mirjam de Veth.
Medewerkers aan dit nummer.